B!TS biedt thuiszittende leerlingen stapsgewijs toekomstperspectief
Interview | voor po en vo
De redactie | 7 oktober 2024
Bij B!TS in Rotterdam krijgen thuiszittende leerlingen met internaliserende problematiek de kans om via kleine stapjes weer terug te keren naar het onderwijs. Met fysiek en digitaal onderwijs op maat helpen ze leerlingen om hun angsten te overwinnen en vertrouwen terug te krijgen. Afdelingsleider Roos Sutthoff en zorgcoördinator Esther Kortus vertellen hoe ze dit aanpakken.
‘We zien bij de leerlingen vaak een negatieve spiraal’, vertelt Roos Sutthoff, afdelingsleider bij B!TS, een project van vso Het Passer College. ‘Ze worstelen met angsten, vermijden school en raken steeds meer geïsoleerd.’ B!TS, Bijzonder Interventieteam Schoolgang, richt zich specifiek op deze doelgroep. Die bestaat uit leerlingen met internaliserende problemen, variërend van angststoornissen tot trauma en genderdysforie.’ Onze aanpak is erop gericht om de draagkracht van deze leerlingen te vergroten’, vult zorgcoördinator Esther Kortus aan. ‘We kunnen de draaglast vaak niet direct verkleinen, maar we kunnen ze wel leren omgaan met wat ze moeilijk vinden.’
‘Onze dochter ging niet meer naar school, we wisten niet wat we ermee aanmoesten. Bij B!TS werden we gehoord, en werd er naar ons kind omgekeken.’ – Ouder van een leerling.
Kortus: ‘We begeleiden ze bij het aangaan van de angsten via activatie en exposure.’ Dit zijn bewezen interventies waarbij de leerling kleine stapjes zet die ze zelf net aandurven. Activatie kan al betekenen dat de leerling weer uit bed komt, een eerste stap uit de vicieuze cirkel. ‘Veel leerlingen willen ook eigenlijk heel graag terug naar school. En als ze dan ook nog in een kleine klas komen, met leerlingen die hen goed begrijpen – dan helpt dat heel erg’, zegt Kortus. ‘Leerlingen horen hier vaak voor het eerst: je bent niet de enige.’
Van auto naar schoolgebouw
B!TS begon in 2011 in samenwerking met IVIO@School, aanbieder van flexibel afstandsonderwijs. Een leraar ging met een auto langs de thuiszittende leerlingen. ‘Dit kwam vanuit de vraag van leerlingen van het Passer College, of we ook konden ondersteunen als ze niet meer naar school konden komen,’ vertelt Sutthoff. Het initiatief groeide in tien jaar uit tot een volwaardige school met 124 leerlingen en 16 medewerkers. ‘We hebben in die tijd ontzettend veel geleerd over wat deze leerlingen nodig hebben’, vertelt Kortus.
‘Ik kwam op B!TS als een fragiel meisje. Ik was meerdere keren uitgevallen. En daar was: mijn mentor, zij heeft me door 3havo gesleept.’ – Leerling.
‘Nu hebben we een eigen schoolgebouw, speciaal ingericht om een veilige omgeving te bieden.’ De school is bewust klein en overzichtelijk gehouden. Sutthoff: ‘We hebben geen groot schoolplein aan de voorkant waar leerlingen overheen moeten. Ze kunnen snel het gebouw in, wat de drempel letterlijk en figuurlijk verlaagt.’
Maatwerk als sleutel
Maatwerk staat centraal in de aanpak van B!TS. Ze kijken per leerling wat haalbaar is. Sommige leerlingen beginnen met een paar uur per week op school, anderen werken eerst volledig vanuit huis. Zo kunnen ze weer starten, ook als het volledige programma niet haalbaar is. ‘Bij ons is er een doorlopende doorstroom en instroom. We gaan verder waar de leerling is gebleven in het eigen tempo. Bijvoorbeeld twee dagen onderwijs en vier vakken op verschillende niveaus’, vertelt Sutthoff. De school maakt daarbij gebruik van een combinatie van fysiek en digitaal onderwijs om dit maatwerk mogelijk te maken. Digitaal afstandsonderwijs is onderdeel van een groter plan,’ vertelt Kortus, ‘Het is nooit een doel op zich, maar een middel om leerlingen te motiveren weer naar school te komen.’
‘De eerste dag was echt niet gemakkelijk. Maar ze ging met steeds meer vertrouwen ernaartoe, zo konden we thuis weer een gezin zijn.’ – Ouder van een leerling.
Een voorbeeld van zo’n maatwerktraject is een leerling die op maandag twee uur naar school komt en op dinsdag twee uur thuis werkt. ‘Zo maken ze vorderingen met de lesstof, maar zetten ze ook stappen richting school.’ Deze flexibele aanpak, waarbij onderwijs plaats-, tijd- en tempo-onafhankelijk wordt aangeboden, is hierbij heel belangrijk volgens Kortus. ‘We weten nooit precies hoe het gaat lopen. Soms zetten leerlingen mooie stappen vooruit, maar vallen ze ook weer terug. Ons rooster past zich daarop aan.’
Samenwerken in de driehoek
Bij B!TS werken ze nauw samen met school, ouders en externe hulpverlening, dit is hard nodig om elk puzzelstukje op het juiste moment in te zetten. ‘We betrekken ouders vanaf het begin’, vertelt Kortus. ‘We bieden bijvoorbeeld een oudertraining aan, waarin we uitleggen hoe angst werkt en waarom het belangrijk is dat kinderen leren er doorheen te gaan.’ De open communicatie helpt ouders eerlijker te zijn over thuis. ‘Ze zijn gewend om hun kind ziek te melden, bang voor sancties rond leerplicht,’ zegt Sutthoff. ‘Wij moedigen ze aan om eerlijk te zijn als hun kind niet uit bed komt. Dan kijken we samen naar wat wel werkt.’ Daarnaast houden ze goed in het oog, wat het betekent voor de gezinsdynamiek als een leerling vanuit huis gaat leren.
Balanceren tussen kansen en risico’s
Digitaal afstandsonderwijs biedt kansen, maar er zijn ook risico’s aan verbonden. ‘We zien dat het kan helpen bij het wegwerken van achterstanden en het vergroten van autonomie, maar er zijn ook valkuilen’, zegt Kortus. Ze noemt onder andere het risico op beeldschermverslaving en het missen van directe feedback van leraren. Sutthoff benadrukt dat ze daarom altijd streven naar een combinatie van fysiek en digitaal onderwijs.
‘Puur digitaal onderwijs kan de stap terug naar school juist moeilijker maken. Waarom zou je nog gaan als het thuis ook lukt?’ Soms ontstaat er daardoor ook de kans op grotere hiaten bij specifieke vakken. ‘Een leerling kan dan bijvoorbeeld vooral aan Engels gaan werken omdat die zich daarbij prettig voelt. Dat biedt belangrijke succeservaringen, maar het kan er ook voor zorgen dat hij andere vakken gaat vermijden.’ Staatsexamen is op locatie en in groepsverband, belangrijk om op voorbereid te zijn. Ook wijst ze op het belang van de toekomst na het diploma. ‘We moeten niet vergeten dat deze leerlingen uiteindelijk ook de stap naar vervolgonderwijs of werk moeten maken.’
Toekomstperspectief centraal
Bij B!TS werken ze daarom altijd vanuit het perspectief van de leerling. ‘We vragen: wat wil je bereiken? Waar wil je naartoe?’ vertelt Kortus. ‘Of dat nu een diploma is, zelfstandig wonen of een bepaald beroep – we kijken samen wat daarvoor nodig is.’ Dit toekomstgerichte denken helpt leerlingen om gemotiveerd te blijven, ook als het moeilijk is.
‘Het was zwaar, maar met iemand die altijd in je gelooft – wat je ook doet – ga je vanzelf ook in jezelf geloven. Inmiddels doe ik een mbo-opleiding tot onderwijsassistent’ – Een leerling.
Beiden hopen dat hun ervaringen ook andere scholen kunnen inspireren. Sutthoff: ‘We dromen van een onderwijssysteem waarin maatwerk gebruikelijker is. Waarin we kinderen kansen geven op basis van wat ze nodig hebben, niet op basis van wat we altijd al deden.’ Kortus vult aan: ‘Het vraagt flexibiliteit en doorzettingsvermogen, maar de resultaten zijn het meer dan waard. Onze tien jaar ervaring laat zien dat het mogelijk is.’